Annelies en Marie-Claire

Annelies en Marie-Claire, van studentenvereniging Aeisec, aan het woord:

Junglebook, geen sprookje: la selva de Peru!

Nog moe van het reizen vertrokken we diep in de nacht alweer naar onze laatste bestemming: Iquitos. Al snel stonden we oog in oog met levensgevaarlijke wezens uit de jungle: miereneters, reuzenratten, en dieren waarvan we nog steeds niet precies weten tot welk soort ze behoren. We waren door Mariëlle en haar kinderen opgehaald van het vliegveld en niet veel later sjeezden we door een landschap dat weer compleet nieuw voor ons was. De lucht was bewolkt en grijs, op de weg reden bijna geen auto´s (alleen motortaxi´s en scooters), we zagen geen bergen maar wel heel veel groen. Na even snel de rugzakken droppen en andere kleding aantrekken, waren we meteen de motor opgehopt naar een eettent waar voorgenoemde dieren rondliepen in de achtertuin, voor ons meer een dierentuin. Hier gingen we eten voor het afscheid van vrijwilligerster Carlijn die ´s middags zou vertrekken.

Wacht… even een stukje toelichting: El Manguaré (elmanguare.nl) is een niet-gouvermentele organisatie in Iquitos. De organisatie zet zich onder andere in voor de verbetering van onderwijs in Iquitos, regelt dat hele arme mensen hier identiteitspapieren kunnen krijgen, en vangt hele arme kinderen met een leerachterstand op in een kleuterschool in de wijk Belén. El Manguaré is opgericht door twee Hollandse dames: Mariëlle Pepels en Yolanthe van de Graaff. Mariëlle was deze week onze steun en toeverlaat. In haar achtertuin staat een gebouwtje, daar zijn meerdere kamers en een keuken. Het hele jaar door ontvangt zij vrijwilligers die werken voor El Manguaré. We zijn hier met open armen ontvangen. Mariëlle heeft ons alles verteld over de organisatie, de omgeving en alle problemen hier. Iquitos ligt midden in de jungle en is niet te bereiken via de weg. De provincie wordt ook wel de vergeten provincie genoemd, er is heel veel armoede en totaal geen hulp vanuit de regering. De verhalen die we te horen kregen waren dan ook niet rooskleurig te noemen, sociale problemen zoals tienermoeders, alcoholisme en misbruik zijn hier de orde van de dag. Ook al brachten wij maar een ruime week door in Iquitos – de tijd die andere vrijwilligers, volgens Mariëlle, nodig hebben om te acclimatiseren – we wilden heel graag wat betekenen voor El Manguaré.

Maandagochtend gingen we langs alle projecten zoals de kleuterschool in Belén en de school Cristo Redentor waar El Manguaré assistentie verleent op het gebied van educatie.
Dinsdagochtend gingen we met Nuria Belén in om haar te helpen met de promotie van de dagen die plaatsvinden, vanuit El Manguaré, voor mensen zonder DNI (geboortebewijs), om die gratis aan te vragen. Dus, wij gingen met Nuria mee om het woord te verspreiden. We liepen over een markt waar geen eind aan leek te komen. Op een gegeven moment stonden we op een splitsing van vier wegen, en zover je kon kijken zag je alleen maar markt. Mensen, waaronder bejaarden en kinderen, stonden vanalles te verkopen. We keken onze ogen uit en zagen bijvoorbeeld hele manden met vissen die nog leefden, enorme wormen die men hier eet, en vlees van niet alleen koeien, kippen en varkens, maar ook krokodillen, schildpadden en apen. Deze lagen allemaal goed zichtbaar uitgestald (hmmm). De baby´s sliepen ertussen, of in een geïmproviseerde hangmat boven de varkenskoppen. We zagen mensen midden op straat kippen de nek omdraaien en net van de weg af waren ze met een paar man bezig een kermend zwijn te slachten. Op een andere hoek zagen we een soort kapper, allemaal kleine jongetjes aan een tafel en een stel vrouwen die de haren knipten. Dit alles vond plaats in een zee van mensen, hitte, afval en zwerfhonden. Iedereen wilde het verhaal over een gratis DNI horen, zoals jonge meisjes met baby´s, maar ook hoogbejaarden. Midden door de wijk Belén loopt de rivier, die we dan ook over moesten steken met een bootje. Hier werd de armoede ons nog eens heel duidelijk, de huizen lijken op instorten te staan. Nuria vertelde ons dat het water van de rivier overal voor gebruikt wordt, om te koken, te wassen, te drinken, en… als riool. Toen we terug bij het huis waren, hadden we het gevoel dat we er al een hele jungle-tocht op hadden zitten. ´s Avonds toen we in de stad koude limonade dronken, zagen we deze stad weer in een heel ander licht.

Woensdag waren we alweer vroeg uit de veren. Vandaag zouden we opnieuw met Mariëlle naar de basisschool Cristo Redentor gaan om te lezen met de kinderen uit de “primer  grado” (voor   ons  vergelijkbaar  met  groep  3). Aula’s zoals in Nederland kennen de scholen hier niet, en daarom zaten we lekker in de openlucht buiten het klaslokaal aan mini-tafeltjes en stoeltjes. De kinderen dragen allemaal een uniform, en een keer in de zoveel tijd moeten ze formeren en zingen ze allemaal foutloos het Peruaanse volkslied (dingetje dat nog stamt uit de tijd van het Militaire regime). Het was ook een flashback naar onze eigen kindertijd, alleen dan versie 2.0: en Español. Zoals wij in groep 3 de woorden ma-ma, ap-pel, etc. fonetisch leren uitspreken, is dat hier niet anders maar dan in de vorm pa-to (eend), bé-bé (baby) etc. El Manguaré ondersteunt de leraren en leraressen op de school bij het verbeteren van hun lessen, dat is ontzettend hard nodig want 9 van de 10 keer kunnen de leraren zelf ook niet goed lezen en rekenen. Ook heeft Marielle een boek samengesteld om te leren lezen. Iedere week vindt er een sessie plaats met vrijwilligers van El Manguaré, waarbij de vooruitgang van de kinderen wordt gemeten. Als je de lijst onder ogen krijgt, bemerk je meteen dat het niveauverschil enorm is. Dit is te wijten aan het feit dat veel ouders niet of nauwelijks oefenen met hun kind, en wanneer ze dit dus wel doen zie je het meteen. Zoals wij in Nederland oefenen en spelen met kinderen, hier zijn de ouders vaak niet zo begaan met hun kinderen (ze hebben er vaak erg veel, al dan niet ongewenst). Zo zaten we dus de ene keer met een kindje te lezen wat verveelt en robot-achtig alle woorden en zinnen opdreunde, en de andere keer met een kindje dat zelfs mama en mala niet uit elkaar kon houden. Heel schattig wel dat ze dan af en toe zelf woorden gingen verzinnen en je bedenkelijk aankeken (zo oefende Annelies met een kindje dat continu overal  “paloma’s”,  oftewel  duifjes,   zag staan), of stiekem naar de plaatjes keken om ook maar iets te herkennen. De stickervellen die we uit Nederland mee hadden genomen, vielen ook erg in de smaak en het uitkiezen van een pronkstuk duurde af en toe bijna langer dan de hele sessie.

El Manguaré organiseerde donderdag en vrijdag een training voor plaatselijke docenten op de school Christo Redentor. De trainingen stonden in het teken van rekenen. We besloten vrijdagochtend een kijkje te gaan nemen. De training was erg leuk om bij te wonen, en er werden veel spellen gespeeld die de docenten in het vervolg met hun klas uit zouden kunnen voeren. Ook werden er verschillende liedjes gezongen, die kinderen moeten helpen om bepaalde figuren (we kunnen inmiddels een liedje zingen over de vier kanten van een vierkant… in het Spaans!) of cijfers uit elkaar te houden.

Dit weekend stond voor ons in het teken van het DNI project. Zaterdagochtend om acht uur meldden we ons bij El Manguaré in Belén om Nuria te helpen. Tot onze verbazing troffen we daar al een grote groep mensen aan, allemaal wachtend op de kans om een DNI te verkrijgen. We hadden al eerder besloten dat we dit weekend portretten wilden maken van de mensen die van deze gelegenheid gebruik maakten, om zo iets blijvends achter te laten voor Mariëlle. Echt onvoorstelbaar hoeveel mensen eigenlijk niet officieel bestaan. Ook was er een erg triest verhaal van een jongetje van 9 jaar, die met zijn moeder en zusje naar El Manguaré was gekomen voor zijn DNI. In al de jaren had hij er namelijk nooit een gehad. De jongen zat in een rolstoel, en leed aan een ernstige ziekte. Nuria liet het ons zien, overal op zijn lijf had het kindje korsten en zelfs op zijn hoofd iets wat veel weg had van een open wond. De moeder vertelde ons dat ze nog nooit naar een arts is geweest met hem, en hij dus nog nooit is behandeld, doordat hij niet in het bezit is van een DNI. Toch even slikken als je hiermee wordt geconfronteerd… We hebben hem als aandenken een Nederlandse vlag gegeven en deelden onder de aanwezige kinderen nog wat Albert Heijn WK Hamsters uit, waar ze allemaal dolgelukkig mee waren. Nadat de grootste drukte voorbij was, aten we nog een hapje met z’n allen op de school en gingen we naar huis om even bij te komen van alle indrukken.

En nu zitten we onze allerlaatste blog te schrijven in een internetcafé in Iquitos waar het op het moment van schrijven door het dak heen regent (letterlijk). We hebben net een (bezwete) selfie genomen met Inca Kola (chemisch gele mierzoete frisdrank) die we zowaar lekker beginnen te vinden, net nu we morgen weg gaan. Iquitos blijft een mooie, bijzondere, en ook mystieke stad. Alleen uit de jungle hoor je al genoeg mysterieuze verhalen, bijvoorbeeld over de drug ayahuasca, waarvoor veel toeristen deze kant op komen. Verder is het net alsof de stad een geurbaniseerde jungle is, waar vanuit de rest van Peru geen omkijken naar is. Toch moet je toegeven dat de stad ook zeker charme heeft, alsof het zo maar zou kunnen zijn dat de volgende James Bond film zich hier zal afspelen. Na alle contrasten in Peru hadden we niet verwacht dat we nog ergens zouden komen waar alles weer zo anders is! Iquitos was een mooie afsluiter, we hebben veel verschillende gezichten van dit grote, prachtige land gezien en reizen vanaf morgen terug naar het land van Robben, van Persie en Sneijder.

Hasta luego!